De Olympische marathon van Londen 2012: Hakuna Matata
Artikelindex
Dat ik iets met marathons heb, is inmiddels deze of gene wel duidelijk geworden. Het is een uit de hand gelopen hobby geworden, maar erg leuk! Voor mij is het ook een sport geworden om ondanks de uitdijende marathonverzameling toch steeds weer iets nieuws uit te proberen of iets nieuws te beleven. En wat is er mooier dan eens deelgenoot te zijn van de sfeer bij en de verhandelingen op een Olympische marathon? Dit onderdeel is toch wel het koningsnummer op de Olympische Spelen en wordt -net als het smakelijkste lekkernij- tot het laatst bewaard. De Olympische Zomerspelen in Londen waren op een steenworp afstand en deze marathoncrack kon het daarom niet nalaten om eens te gaan buurten in ‘dat eeuwige eiland voor onze kust’.
Op vrijdagochtend 10 augustus om even na vijf uur ging de wekker. De nacht was kort geweest: slechts drie uur. Duizend en een zaken had ik de dag daarvoor afgehandeld en dat kost tijd, veel tijd. De vlucht van Amsterdam naar Londen Stansted (ten noordwesten van Londen) ging voorspoedig. Het grappige is dat het vliegen naar Engeland geen tijd kost. Ik vertrok om 8.40 uur lokale tijd vanuit Schiphol en kwam op vrijwel hetzelfde tijdstip op Stansted aan. Het eerste bezoekonderdeel van dit weekend was een bezoek aan Oxford. Ik had altijd al de fraaie universiteitssteden Oxford en Cambridge willen bezoeken, maar het kwam er maar nooit van. Nu had ik een dubbele aanleiding. Een roadrunner -Gido- studeerde daar en was bezig met zijn aanvullende masterprogramma. Verder ligt Oxford op een steenworp afstand van Londen dat ik vanwege de Olympische Spelen sowieso zou gaan bezoeken. Oxford overtrof verre mijn verwachtingen. Wat een sfeer en historie is daar! De diverse colleges (soort universiteiten met campus voor studenten en docenten) waren honderden jaren oud. Twee van de meest vooraanstaande colleges -Albion College en Trinity College- heb ik bezocht. Wat een verschil met de zakelijke jaren zestig-bouwstijl van het Woudensteincomplex van de Erasmus Universiteit en m’n eerste studentenflat (Jacob van Campenplein) waarin ik in Rotterdam heb gewoond. Het zijn echt twee uitersten van het spectrum.
Oxford
Ik kwam in een zonovergoten Oxford terecht. Mooier kon ik me niet wensen. Na m’n bagage snel op m’n bed & breakfastadres te hebben gedropt, toog ik op pad. Die vrijdagmiddag en -avond heb ik op zijn Raymonds rondgewandeld, dat wil zeggen: met een hoog tempo maar wel aandachtig en oog voor detail. ’s Avonds had ik met Gido een kort etentje op een terras aan het riviertje Cherwell, een zijrivier van de Thames. M’n bezoek aan Gido kwam hem eigenlijk bar ongelegen uit. Hij had nog een week de tijd om zijn onderzoek en scriptie af te ronden. En ik weet wat het is om de laatste loodjes van een scriptie af te ronden. In m’n laatste werkweek aan mijn scriptie sliep ik gemiddeld drie uur per nacht en zat overdag zo vol met adrenaline, dat ik me totaal niet moe voelde. Gido’s werkprogramma was ook overvol. Hij had het niet eens meegekregen dat het prachtig weer was geweest die dag. Arme kerel!
Op zaterdagochtend wilde ik de topattractie van Oxford: the Christ Church bezoeken. Om 10.00 uur was de toegangspoort nog gesloten want een bepaalde ontbijtsessie was nog niet afgelopen. Kennelijk wordt daar nog traditioneel Engels, uitgebreid ontbeten. Ik kwam terug om 11.30 uur maar toen stond een dermate lange rij dat het wellicht twee uur zou duren voordat ik naar binnen kon gaan. Dat was even een domper.
Maar de omgeving van de Christ Church was erg fraai. Het bestond uit lange lanen met grote bomen met donkere, brede kruinen. Er waren weilanden die pas gehooid waren en waar een aangename kruidige hooigeur hing. Verder waren er drassige weilanden waar koeien tussen hoog opgaand bieze rondliepen en waarvan alleen de koppen nog zichtbaar waren. Op het riviertje Cherwell was het een drukte van belang. Er kwamen talrijke soorten boten langs: variërend van skiff, kajak, open tweepersoons roeiboot, een acht, gondel, waterfiets en rondvaartboot. Maar ondanks die veelheid aan al die waterbewegingen heerste een aangename relaxte sfeer. Ik kan me indenken dat de inwoners van Oxford op een heel stijlvolle en ook aangename plek wonen.
Londen
Om twee uur vertrok ik met een snelle airco lijnbus naar Victoria Station, hartje Londen. Daar had ik m’n onderkomen in een sfeervol hostel: Swiss Cottage ten noordwesten van het centrum. M’n doelstelling was om de zaterdagavond nog een onderdeel van het Olympische programma te bezoeken. Er waren die avond bokswedstrijden, maar de nog beschikbare kaartjes waren erg duur: GBP 295 (ca € 400) en meer. Dat vond ik te veel van het goede. Dus moest een andere invulling komen van het avondprogramma. Een bezoekje aan het Holland Heineken House leek me wel wat. In de media had ik al veel lovende verhalen gehoord over dit ontmoetingspunt van Nederlandse supporters en sporters. Het zou een mooie locatie zijn buiten Londen, maar het was ook een gezellige feestlocatie waar de sporters werden gehuldigd.
In m’n hostel had ik al ontdekt dat er geen toegangskaartjes beschikbaar waren, maar mogelijk zou ik nog een kaartje kunnen bemachtigen bij de kassa van personen die niet zouden komen opdagen. Na een wat langer dan verwacht durende treinreis –ik was in de ca 20 minuten durende treinreis in slaap gevallen en was daardoor bijna een half uur langer doorgereden- kwam ik bij het Holland Heineken House aan. De locatie was fenomenaal. Het gebouw stond hoog op een heuvel dat uitzicht bood op de skyline van Londen. Ik kreeg een beetje het gevoel dat ik heb bij de trappen bij de Sacré Coeur waar je over Parijs heenkijkt en alsof de stad aan je voeten ligt. Het langgerekte gebouw lijkt op een Victoriaans fabrieksgebouw: baksteenbouw met veel bogen in de gevel bij de ramen. In het schemerdonker zag ik in de verte nog de lichtjes van de Londen Eye, het reuzenrad aan de Thames. Het Holland Heineken House was fraai aangelicht met rode verstralers en was op grote afstand al zichtbaar.
Helaas bleek bij de kassa geen kaartjes beschikbaar te zijn. Toen ik weer naar het station liep hoorde ik plotseling luid gejuich vanuit het Holland Heineken House en een paar seconden later hoorde ik een gortdroge microfoonstem: een – een. Ik wist dat op dat moment de finalewedstrijd hockey Nederland – Duitsland gaande was en Nederland met 1 – 0 achterstond en hoorde dus nu dat Nederland de gelijkmaker scoorde.Terug in Londen vond ik het te vroeg om al naar het hostel te gaan. Een avondwandeling langs de Thames leek me wel wat. Het was een mooie warme zomeravond en de stad was mooi verlicht. Bruggen waren in gekleurd licht aangelicht en weerspiegelden fraai in het water. Het prachtige, langgerekte gotische parlementsgebouw fungeerde als een enorm projectiescherm. Het gebouw was niet verlicht en was daardoor geschikt om daarop te projeceren. Van 9 camera’s aan de overzijde van de Thames werden beelden van de Olympische Spelen van 1908 en 1948 en 2012 vertoond. Londen fungeerde nu voor de derde maal als gastheer voor de Spelen. Na de nodige foto’s te hebben gemaakt toog ik naar m’n hostel.
De Olympische marathon
Om ca acht uur werd ik de volgende ochtend wakker. Dit was D-day. Op enige wijze had ik toch een soort spanning in me. Wat zou ik gaan beleven? Om even na tien uur stond ik aan de overkant van de straat waaraan de Big Ben ligt, de Bridge Street, aan de voet van de Westminster Bridge. Dit was een perfecte plek om te staan. Rechts van me had ik uitzicht op de brede Bridge Street en Parliament Street naar Trafalgar Square, links uitzicht op Westminster Bridge waar de lopers eenmaal een extra lus zouden maken en nog verder naar links had ik zicht op Victoria Embankment, de brede boulevard langs de rivier. De supporters stonden rijen dik achter de dranghekken. Over de dranghekken lagen vlaggen van allerlei landen over de wereld uitgedrapeerd. Ik stond naast een groep Kenianen die allemaal waren uitgedost in een compleet supporters outfit. Deze bestond uit een rode honkbalpet of bandana met daarop de tekst “Proud supporter of team Kenya”, een zwarte broek, een rood t-shirt met dezelfde tekst en een Keniaanse vlag aan een stok. De vlag bestaat kort gezegd uit drie horizontale banen in de kleuren zwart, rood en groen met in het midden (zo komt het op mij over) een schild met daarachter twee gekruiste speren. Het viel me op dat lang niet alleen Kenianen in deze outfit rondliepen, maar ook diverse Europeanen. Sommigen hadden daarbij ook nog een speciale vlammende vuurpruik op hun hoofd. De sfeer tussen de supporters was erg gemoedelijk. De Kenianen hadden het zeer naar de zin en zongen volop. Het was een Swahili lied waarbij de voorzanger een voor mij niet begrijpbare tekst zong en alle overige Kenianen een refrein zongen die luidde: Hakuna Matata. Ik informeerde bij een Keniaanse vrouwelijke supporter wat deze woorden betekenden. Zij antwoordde: “No worries”. Het lied dat ze zongen hield in dat iedereen welkom is in Kenia en dat men zich in dat land geen zorgen hoefde te maken. Dat klonk heel sympathiek. Wat ook aardig was om te zien, was de droge humor en kwinkslagen tussen de supporters van verschillende nationaliteiten. Zo liep een korte, gedrongen Keniaan van ca 40 jaar rond in volle supporters outfit maar met een donkerbruine lederen cowboyhoed. Hij was in gesprek gewikkeld met een Engelse mevrouw en gaf aan dat zijn land hier slechts was om drie medailles op te halen. “All the other things we will leave for you”. “That’s too kind and too generous of you, Sir. And may be Jamaica is willing to do the same”, antwoordde ze gevat.
Om ca tien over elf waren de hardlopers in aantocht. Ze kwamen over Victoria Embankment aangerend en niet over de Bridge Street zoals ik had verwacht. Luid gejuich steeg op in de menigte en met name uit de groep Kenianen naast me. Alle Keniaanse vlaggen gingen subiet de lucht in. Een meter of vijftig vóór de lopers reed de camerawagen met ca 20 fotoreporters die allemaal grote zoomlenzen op hun camera hadden geplaatst. De reporters zaten op een soort oplopende tribune op de laadruimte van een pick up met hun 20 – 30 cm lange lensbuizen strak op de lopers gericht. Die lensbuizen leken wel lopen van lichtgewicht artilleriegeschut. Op het moment dat de lopers voorbij kwamen, vormden ze nog een hecht peloton. In een flits was het allemaal voorbij. Ik besloot een wandeling te maken langs het parcours over Victoria Embankment. Het was prettig dat de bomen brede kruinen hadden en beschutting boden tegen de felle zon. Een kleine veertig minuten later kwamen de lopers weer voorbij. Het deelnemersveld was inmiddels behoorlijk uitgewaaierd. Een paar Afrikaanse lopers liepen aan kop. Het was leuk om te zien hoe de supporters langs de kant alle lopers enthousiast aanmoedigden, ook hen die helemaal achteraan liepen vlak voor de sweep car (bezemwagen). Ik liep weer verder langs de Victoria Embankment en besloot vlakbij Blackfriars Bridge, niet ver meer van St Pauls Cathedral op een scherpe bocht van het parcours te staan. Dat was een goede beslissing. Ik zag nu drie lopers op kop lopen, de latere drie winnaars van de marathon. Voorop liepen twee Kenianen: Abel Kirui (de latere nr. 2 met 2.08.27)) en direct daarachter Wilson Kipsang Kiprotich (de latere nr. 3 met 2.09.37) en pal daarachter de Ethiopiër Stephen Kiprotich (de latere winnaar met 2.08.01). De marathon was al ruim 1,5 uur gaande en deze derde ronde was tevens de laatste ronde. Ik besloot daarom over de Victoria Embankment weer richting de Big Ben te wandelen. Onderweg passeerde ik the Belgian House met aan de toegangspoort een groot plakkaat van de Belgische Olympische sportploeg.
Voor de allerlaatste maal kwamen de lopers voorbij over de Victoria Embankment. Nadat ik na enige omzwervingen weer was aangekomen bij de Big Ben, was de marathon inmiddels ten einde. Op de website van de Olympische Spelen 2012 heb ik het navolgende korte verslag gevonden over de spannende gebeurtenissen gedurende de laatste paar kilometer van deze race. “The 23-year-old burst past Abel Kirui and Wilson Kipsang around the 38km mark to leave his two rivals trailing and claim only Uganda's second-ever Olympic gold in Athletics. Kiprotich followed in the footsteps of his compatriot John Akii-Bua, who was 400m Hurdles champion 40 years ago, and crossed the line in 2:08.01. Kirui took the silver, 26 seconds adrift, and long-time leader Kipsang finished with the bronze. Kipsang, the London Marathon winner, made an early move to try to break up the lead group, building a 21-second lead at one point. It was a high-risk strategy in such warm conditions, though, and he paid for it as the race went on as he started to look less and less comfortable. He missed a drinks stop and by the 25km mark his advantage was down to seven seconds.
Kenyan world champion Kirui and Kiprotich soon joined the leader to make it a three-way battle for the gold medal. Kiprotich looked to be starting to struggle, holding the back of his leg, but he suddenly produced a big surge, leapt to the front and pulled away. And in front of packed crowds rows deep all along the looped central London course, the Ugandan, who moved to Kenya as a teenager to train, started smiling and pointing his finger into the air as he closed in on victory before draping himself in the Ugandan flag as he crossed the line.”
Na afloop van de marathon wandelde ik eerst over Parliament Square pal achter de Big Ben en het parlementsgebouw. De marathonorganisatie was al bezig om alle afgezette straten weer in normale staat terug te brengen. Op Parliament Square was het gezellig druk met overal picknickende mensen op het gras. Bij het plein staat ook het karakteristieke beeld van een oude maar onverzettelijke Winston Churchill steunend op zijn stok. Ik besloot een afsluitende wandeling door het hart van Londen te maken langs de belangrijkste gebouwen voordat ik met de veerboot van Harwich naar Hoek van Holland zou gaan. Het centrum van Londen was nu autovrij en dat bood een uitgelezen kans om van alles mooie foto’s te kunnen maken zonder gehinderd te worden door het voorbijrazende verkeer.
De wandeling na de marathon
M’n wandeling ging eerst over de Lambeth Bridge dat aan de andere zijde van het Parliament ligt. Aan de overkant van de Thames kun je prachtige foto’s nemen van het hooggotische parlementsgebouw. In de Thames lag ook een ponton met de vijf ringen van de Olympische Spelen (blauw, zwart, rood, geel en groen). Daar heb ik een fotootje van me laten nemen dat alles in één flits uitdrukt en ook veel voor mij betekent. Van het fotootje is het volgende af te leiden: de gelegenheid (Olympische Spelen vanwege de vijf Olympische ringen), de locatie (Londen, d.m.v. het karakteristieke Parliament) en een zonovergoten relaxte dag (weergegeven door een heel relaxte Barkey die losjes tegen de kademuur leunt).
M’n wandeling vervolgde ik over de Westminster Bridge over Parliament Street en Whitehall naar Trafalgar Square. Daar staat een ander karakteristiek beeld. Het is het beeld van de Britse admiraal Horatio Nelson die bij de Slag van Trafalgar (70 km ten noordwesten van Gibraltar) de gecombineerde vloot van Spanje en Frankrijk (Napoleon) in 1805 versloeg. Daardoor werd Engeland op zee definitief de bovenliggende partij en kon zo over de volgende ruim 100 jaar een wereldrijk uitbouwen. Pas bij het inzoomen op het beeld zag ik dat de rechtermouw was vastgespeld op de borst van zijn uniform. Dit had een reden: zijn rechterarm was verbrijzeld door een musketkogel toen hij in juli 1797 een galjoen van de Spaanse Zilvervloot wilde buitmaken in de haven van Santa Cruz op Tenerife. Dit was voor de arme man overigens niet zijn enige fysieke ongemak. Volgens info op Wikipedia had hij in 1794 bij een gevecht in Corsica het zicht in zijn rechteroog verloren, leed aan periodieke koortsen als gevolg van malaria die hij tijdens zijn diensttijd in het Caraïbisch gebied had opgelopen en was hij als zeeman de meeste tijd zeeziek. Beroepstechnisch lijkt mij dat overigens een niet erg praktische aandoening.
Na Trafalgar Square wandelde ik over The Mall, de ruim 1 km lange boulevard van Trafalgar Square naar Buckingham Palace. The Mall was een belangrijke locatie voor de marathon. Hier was de start en finish van de marathon, maar alleen publiek met een kaartje en genodigden hadden daar toegang. Ook hier werd ijverig alles weer in normale staat teruggebracht. Bij toeval kwam ik bij het paleis aan op het moment dat de wacht werd gewisseld. Een peloton traditionele Britse soldaten met rode uniform en hoge zwarte bontmutsen marcheerde van het paleis weg over The Mall. Mijn wandeling was bijna voorbij. Ik liep nog door het fraaie Green Park met al zijn lange lanen en picknickende mensen naar metrostation Green Park en het korte maar fantastische weekendbezoek aan Engeland zat erop.
Om maandagochtend om kwart voor zeven werd ik in m’n hut op de veerboot gewekt door een vriendelijke vrouwenstem die zei: “Goedemorgen dames en heren. Het is nu kwart voor zeven. Over een uur leggen we in Hoek van Holland aan. In ons restaurant op het tiende dek staat voor u het ontbijtbuffet gereed. We hopen dat u van deze reis heeft genoten en hopen u in de toekomst weer op een van onze veerboten te mogen begroeten”. Helaas het was nu allemaal echt voorbij. Een nieuwe werkweek wacht…
Raymond
Tags: Overig