De WK-marathon van Mont Saint Michel (Road Runners in Frankrijk) - De marathon
Artikelindex
De marathon
We gingen om twee uur met de shuttlebus (la navette, in het Frans) naar de startpunt in de kustplaats Cancale. Dit is een doorsnee dorp aan de kust. Het is overigens de moeite waard om even naar de kust te wandelen. De steile rotskust ligt ca 20/30 meter boven zeespiegel. De kustrand is zwaar begroeid met bomen. Tussen de bomen staan her en der riante villa’s. Van bovenaf heb je een fraai uitzicht over de baai met zijn honderden scheepjes die daar voor anker lagen. Op zeeniveau zag je aan de landzijde op veel plaatsen massieve grijze rotsen die door de zee horizontaal waren afgesleten. Meer naar het water toe lagen keien en hopen zeewier. Op het strand lagen diverse kleine open bootjes aan lange lijnen vastgemaakt. Kennelijk was de eb- en vloedbeweging hier nogal hevig en het hoogteverschil tussen eb en vloed groot. Dat was ook wel af te leiden aan de vloedlijn. Deze lag ruim vier meter hoger dan de eblijn: een factor vier van het getijdeverschil in Nederland. Op enkele plaatsen lagen mensen te zonnebaden en speelde kinderen in een ‘vloedzwembad’. Dit was een zwembad dat bij vloed in zee verdween en bij eb zichtbaar was. Deze zwembad naast de ‘grote zwembad’ deed nogal overbodig aan, maar kennelijk was op dit punt van de baai een gevaarlijke stroming.
Teruggekomen bij het startpunt zag ik de meeste lopers in de schaduw zitten van de bomen of languit in het gras liggen. De zon brandde. De temperatuur in de schaduw was bijna dertig graden. Jeroen en ik togen om half vijf naar de startplaats. Wij hadden besloten om als voetbalsupporter te rennen. We hadden beiden een oranjeshirt aan. Bij Jeroen stond als tekst op de voorkant: “Hup” en aan de achterkant “Dat zeg ik, hup”. Dit shirt was afkomstig van een bepaalde winkelketen in de doe-het-zelfbranche. Op het shirt dat ik droeg stond aan de voorzijde een brullende leeuw met daarboven in grote letters: “Holland”. Op onze hoofd droegen we felgekleurde oranje leeuwenpetjes. Het was een pet in het model van een leeuw: het had een kop met manen, vier poten die vrij bizar om het hoofd hingen en een staart naar achteren. Deze petjes veroorzaakten nogal wat hilariteit bij de Fransen. De omroeper bij de start gaf de overige marathonlopers via de microfoon aan dat er ook deelnemers waren uit Nederland. We maakten de traditionele familiefoto voor de start en liepen vervolgens naar achteren waar niet de snelle lopers zouden staan. Daar kwamen we een ander fenomeen tegen: een Galliër die uit het album van Asterix en Obelix was ontsnapt. Hij noemde zich Malcourix, hetgeen volgens hem toepasselijk zou zijn op zijn loopprestaties. Tezamen werden we nog gekiekt door de plaatselijke pers.
Om vijf uur klonk het verlossende schot. De ruim 5.100 deelnemers kwamen in beweging. Jeroen had zichzelf geen tijdsdoelstelling gesteld, maar ik vermoedde dat hij weer sneller zou lopen dan ik. Bovendien had ik een fotocamera bij me waarmee ik ditmaal een uitgebreide fotoreportage wilde maken van het parcours en om vast te leggen wat je als loper zoals ziet en beleeft. Sinds een paar maanden had ik mezelf de rol aangemeten van de rennende reporter. Deze rol beviel me uitstekend, zeker als ik later de foto’s op een slide show terugzag op de computer en zo de marathon weer herbeleefde. We maakten de afspraak dat we vooralsnog bij elkaar zouden lopen, maar dat we allebei uiteindelijk de marathon op ieder zijn eigen tempo zouden afleggen. In de hitte was het belangrijk om overeind te blijven en om niet boven je macht te gaan lopen. In het begin liep de weg over glooiend terrein. Dat gaf op verschillende plaatsen een aardig uitzicht over het omliggende land en de baai die links van ons lag. Jeroen was makkelijk te herkennen met de felle oranje pet op zijn hoofd. Een foto maken kostte een paar seconden en vervolgens moest ik sprinten om weer te kunnen aansluiten. Wat opvallend was waren de aantallen en de diversiteit van de muziekanten langs de weg. De nadruk lag wel op traditionele en ludieke muziekinstrumenten: doedelzakken, accordeons, diverse soorten trommels en een zingende zaag. Ook de dansgroepen waren zeer gemêleerd: gezelschappen in traditionele klederdracht, een Caraïbisch-Jamaicaanse groep, een groep swingende jongedames met Zuid-Amerikaanse dansen etc.
Het eerste 5-kmpunt kwam in 27.18 min. voorbij. Gezien de omstandigheden in de brandende zon was dat niet slecht. Na 8 km gaf ik Jeroen aan om de marathon in een wat lager tempo te willen gaan lopen, want ik voorvoelde dat ik anders de man met de hamer zou tegenkomen. Het gaf me ook een zekere rust, want het gesprint na een foto te hebben genomen, kostte me gewoonweg te veel energie. En ik was gretig met het nemen van foto’s: per kilometer nam ik ongeveer vijf foto’s, waarvan één bij elke kilometeraanduiding. De tweede 5-km ging al beduidend langzamer: 28.53 min. Het vlakke parcours liep nu vlak langs de baai door verschillende dorpen heen. Malcourix kwam ik weer even tegen. Het leeuwenpetje maakte veel reactie los bij de supporters. Ik heb talloze malen “Allez lion!” gehoord. Ook hoorde ik regelmatig mensen mijn voornaam roepen. In het begin was ik hierover verbaasd, maar ik bemerkte al snel dat mijn naam op het startnummer stond. Het derde 5-kmpunt kwam voorbij in 32.32 min en de vierde in 33.04 min. Het vijfde 5-kmpunt kwam in 35.53 min. en deze was de laatste voordat toch de (onvermijdelijke) inzinking kwam. Het zesde en zevende 5-kmpunt kwamen beide in ongeveer 40 minuten voorbij. Het stuk tussen de 30 en 32 km heb ik zelfs wandelend afgelegd. Ondanks mijn zeer matige prestatie voelde ik me niet gedesillusioneerd of negatief. Ik was nog veel te druk bezig met het waarnemen van de omgeving en het vastleggen daarvan. Verder haalde zelfs ik nog veel wandelende deelnemers is. Onderweg werd ik nog twee keer geïnterviewd door de plaatselijke pers met camera en al op de motor. De interviewster vroeg wat ik van deze marathon vond en waarom ik de opmerkelijke uitdossing aan had. Ik vertelde in mijn steenkolenfrans dat ik zeer genoot van het landschap, dat de uitdossing te maken had met het WK-voetbal, dat Nederland gisteren had gespeeld tegen Ivoorkust en had gewonnen. De interviewster vroeg mij wie ik als kanshebbers zag. Ik noemde direct Brazilië, Argentinië en Duitsland. Verder sprak ik de hoop uit dat Nederland nog een kans zou hebben en hetzelfde gold voor Frankrijk.
De zon begon nu merkbaar te zakken. De schaduwen op de weg werden langer en de temperatuur ging gelukkig omlaag. Mont Saint Michel had zich ook al aan de horizon gemeld. Er was al een grijze puntige driehoek te ontwaren. Na de 35 km begon ik me fitter te voelen. Op de 38 km kruiste het parcours een kanaal dat kaarsrecht naar Mont Saint Michel liep. Op de brug en langs het kanaal was het gezellig druk. Ik kreeg diverse reacties uit het publiek over het nemen van foto’s als marathonloper. Dat is iets wat een toeschouwer niet verwacht en ook niet snapt. Op de foto’s die ik nu nam zie je rots Mont Saint Michel op elke foto groeien. De laatste twee kilometers van het parcours liepen over een weg. Het paard rook stal dus ik begon te versnellen.
De klok wees 4.45.55 toen ik de finishlijn passeerde. Dit hield in dat deze marathon de op twee na langzaamste was die ik heb gelopen. Niettemin heb ik deze marathon niet als een beproeving ervaren, ook niet tijdens het wandelen. Jeroen kwam ik een paar minuten later tegen. Hij had de marathon in 4.16.25 gelopen. Dat was goed voor plaats 865 in het klassement heren senioren. Mijn plek was nr. 1.185. De eerste deelnemer was eigenlijk verassend snel: 2.14.48. De laatste kwam binnen in 5.28.16. Uiteindelijk hebben 3.680 deelnemers de eindstreep gehaald. Dat houdt in dat ruim 27% het niet heeft gehaald óf niet aan de start is verschenen.
We hebben bij de finish nog een tweede familiefoto gemaakt. De verschillen tussen deze foto en die aan de start spreken voor zich. We namen vervolgens moe maar zeer voldaan de shuttlebus terug naar Cancale. Een bezoek aan Mont Saint Michel zou tot morgen wachten. Dan was er ook weer zon om foto’s te maken. Op deze marathon heb ik overigens een pr met foto’s gemaakt: 207 stuks tijdens het rennen.